Casus 1:
Meneer van den Akker is de zoon van een oudere meneer die sinds vier maanden in ons verpleeghuis woont. Hij is 32 jaar zijn vader is 67 jaar oud. Meneer is vroeg dement geworden. Hij herkent zijn zoon niet meer en doet onaardig tegen hem als hij op bezoek komt. Meneer van den Akker heeft het daar niet gemakkelijk mee. Hij komt drie keer in de week, maar hij weet zich niet goed een houding te geven in het contact met zijn moeder. Hij loopt dan wat over de afdeling en zoekt vaak contact met een bewoonster die wel aardig op hem reageert. Meneer heeft al een paar keer indirect laten merken dat hij het er moeilijk mee heeft.
Bij dit voorbeeld wordt specialiste zorg beschreven en dat is tweedelijnszorg.
Casus 2:
Thijs is acht jaar en is vandaag van het speelrek gevallen. De juffrouw heeft meteen de huisarts gebeld omdat zijn arm erg ging opzwollen en hij erg pijn had. Thijs kon meteen terecht en de dokter had zijn arm bekeken en denkt dat zijn arm gebroken is. Hij kreeg een doorverwijzing naar het ziekenhuis om foto's te maken en eventueel gips te plaatsen.
Bij dit voorbeeld wordt de basis zorg beschreven en dat is eerste lijnszorg omdat, Thijs gaat naar de huisarts omdat hij erg pijn heeft. De huisarts kan geen foto's maken dus heeft deze casus ook te maken met ketenzorg. Dit is zorg waarin verschillende schakels van zorgverlening op elkaar zijn afgestemd, zodat een samenhangend aanbod ontstaat oftewel Thijs word doorgestuurd om foto's te laten maken.
Maak jouw eigen website met JouwWeb